Mr. Benno Stokvis, een bijzonder Kamerlid voor de CPN
Van 1946 tot 1952 zat Mr. Benno Stokvis voor de CPN in de Tweede Kamer. Stokvis was een man met een breed interessegebied. In zijn jonge jaren had hij literaire ambities. Hij was aanvankelijk een bewonderaar van Lodewijk van Deyssel. Hij schreef voor de oorlog enkele romans en ook een boek over Vincent van Gogh waar hij zelf onderzoek voor had gedaan. En als liefhebber van paarden schreef hij ook een boek over paarden in de literatuur. Hij was actief als journalist en als redacteur van literaire bladen.
Het werd uiteindelijk toch een carrière als advocaat en rechtsgeleerde, zo lezen we in de biografie Recht en Slecht; mr. Benno Stokvis 1901-1977 geschreven door zijn achterneef, de socioloog Ruud Stokvis. De titel verwijst naar de radiorubriek die Stokvis tussen 1967 en 1975 voor de VARA verzorgde. Het is een indrukwekkend boek geworden waarin Stokvis naar voren komt als een ambitieuze, hardwerkende en bevlogen advocaat die altijd een geheel eigen koers heeft gevaren, ook in de keuze van zijn cliënten. Dat is hem niet door iedereen in dank afgenomen.
Antifascist
Zijn eigenzinnigheid kwam al voor de oorlog tot uiting in zijn keuze voor in die tijd bepaald niet populaire onderwerpen waar hij zich in verdiepte en waarover hij schreef in het Nederlands Juristenblad: echtscheiding, homoseksualiteit en dierenwelzijn. Politiek was hij links, hij verdedigde bijvoorbeeld Henk Sneevliet en bezocht de bijeenkomsten van het Genootschap Nederland – Nieuw Rusland. Er zijn volgens zijn biograaf geen aanwijzingen dat hij zich al voor de oorlog heeft aangesloten bij de CPN. Ondanks zijn Joodse afkomst slaagde hij er in de oorlog in een ariërverklaring voor zijn moeder te regelen waardoor hij aan vervolging door de nazi’s ontsnapte. De misdaden van het naziregime maakten van hem wel definitief en levenslang een principiële antifascist.
Als antifascist sloot hij zich na de bevrijding aan bij de CPN. Gerben Wagenaar rekruteerde hem als kandidaat voor de Tweede Kamerverkiezingen in 1946, de meest succesvolle verkiezingen ooit voor de CPN. Stokvis werd lid van een uit tien leden bestaande fractie. Het parlementair werk beviel hem zeer, schrijft zijn biograaf. Zijn juridische kennis was bijzonder waardevol voor de fractie die in de beginjaren van de Koude Oorlog al snel in een geïsoleerde positie terecht kwam. Stokvis slaagde er desondanks vaak in de aandacht van zijn collega-parlementariërs en bewindslieden vast te houden, al leidde dat niet altijd tot politieke winst.
Tegen de oorlog in Indonesië
Stokvis bestreed de inzet van dienstplichtigen in de oorlog tegen Indonesië op staatsrechtelijke gronden. Hij kwam op voor dienstweigeraars als Ratio Koster en stelde het gewelddadig karakter van het optreden van Nederlandse militairen in Indonesië aan de kaak. Een ander onderwerp waar hij zich in vastbeet was de zuivering, de vervolging van collaborateurs en het gratiebeleid voor oorlogsmisdadigers. Voor de CPN-fractie was het duidelijk ‘dat grote oorlogsmisdadigers licht en kleine juist zwaar bestraft werden en dat het gratiebeleid niet deugde’ (p.104). Volgens Stokvis was het hoogstens aan de rechter en zeker niet aan de regering om collaborateurs vrij te laten uit ‘barmhartigheid’ (KVP-minister Van Maarsseveen). Hij vergeleek het regeringsbeleid op dit punt met de weigering van de regering om oud-Spanjestrijders, die zich niet zelden verdienstelijk hadden gemaakt in het verzet, hun Nederlands paspoort terug te geven.
Benno Stokvis maakte ook deel uit van de parlementaire enquetecommissie die het optreden van de Nederlandse regering in ballingschap onderzocht. Aangezien de vervolging van de Joden in de Londense regering nauwelijks aan de orde is geweest was het ook niet direct een onderwerp voor de parlementaire enquete. Voor Benno Stokvis was het echter wel van belang en hij bracht het onderwerp daarom in de getuigenverhoren wel ter sprake.
Uit de Kamer en uit de CPN
Bij de Kamerverkiezingen van 1952 stond Stokvis op de tiende, inmiddels onverkiesbare, plaats. Kort nadat duidelijk was geworden dat hij niet in de Kamer zou kunnen terugkeren zegde hij zijn lidmaatschap van de partij op. De Waarheid beoordeelde zijn afscheid als ‘desertie uit de rijen van strijders voor vrede en democratie’. Zijn biograaf vermoedt een ‘zekere mate van opportunisme’. Het Kamerlidmaatschap was Stokvis’ lust en leven. Hoezeer hij ook getwijfeld zal hebben aan het stalinisme en het toenemend sektarisch karakter van de in het isolement gedrukte partij, zo lang hij Kamerlid was is hij terwille van zijn werk loyaal gebleven aan de partij. Toen hij zijn positie verloor kon hij zich ook makkelijker van de partij losmaken. Het opportunisme kwam ook tot uiting bij zijn poging om een paar jaar later via de PvdA opnieuw in de Kamer te komen. Hij schreef daarvoor een brochure onder de titel Democratisch Socialisme en Communisme waarin hij geheel overeenkomstig de toenmalige opvatting in de PvdA fascisme en communisme als totalitaire systemen aan elkaar gelijk stelde. Desondanks kreeg de voormalige communist bij de sociaaldemocraten geen poot aan de grond.
Recht en slecht
De investeringen die Stokvis na zijn vertrek uit de CPN deed in de PvdA liepen aanvankelijk op niets uit, maar bleken uiteindelijk toch niet helemaal vergeefs, schrijft zijn biograaf. Want via de PvdA kreeg Stokvis voet aan de grond bij de VARA en de omroep bood hem alsnog een podium. Tussen 1967 en 1975 hield hij bijna wekelijks een praatje in een eigen rubriek onder de naam ‘Recht en Slecht’. Het werd een populaire radiorubriek waarin hij over verschillende juridische, politiek en ook persoonlijk getinte onderwerpen sprak en waarop veel reacties kwamen. Ondertussen had hij een drukke advocatenpraktijk en was hij ook nog actief in bewegingen tegen de fascistische regimes in Portugal en Griekenland.
Biograaf Ruud Stokvis heeft veel werk gemaakt van de levensbeschrijving van zijn bijzondere familielid. Benno Stokvis heeft zich in zijn leven met oneindig veel verschillende onderwerpen beziggehouden. Zijn netwerk was groot, zijn affiniteiten wisselend, zijn persoonlijk leven complex. De biograaf is er toch in geslaagd om over dit drukbezette advocatenleven in spannende tijden een goed leesbaar en goed gedocumenteerd verhaal te schrijven. Hij heeft daarin bovendien de minder plezierige kanten van het leven van Stokvis niet geschuwd evenals de kritiek die hij in de loop der tijd op zijn optreden en uitlatingen heeft gekregen.
Ruud Stokvis, Recht en Slecht; mr. Benno Stokvis 1901-1977, 270 p. AMB uitgeverij, €22,50